Terug

Reeds in april 2023 stelde de Vlaams Minister van Werk een nieuw decreet voor dat een einde moet maken aan illegale tewerkstelling bij buitenlandse onderaannemers. Binnen de Vlaamse Regering werd op 25 oktober 2023 het ontwerp van dit decreet gestemd en aangenomen, waarmee onder meer artikel 12/4 van de Wet Tewerkstelling Buitenlandse Werknemers (‘Buitenlandse arbeidskrachtenwet’) wordt aangepast.

Thans kan elke schakel in de aannemingsketen – van de (hoofd)aannemer tot de laatste (sub)onderaannemer – worden aangesproken voor inbreuken op de illegale tewerkstelling.

De huidige bepalingen uit de Buitenlandse arbeidskrachtenwet laten evenwel toe dat (hoofd)aannemers contractueel opnemen dat zij niet verantwoordelijk zijn of niet op de hoogte zijn van de verblijfs- en tewerkstellingssituatie van werknemers van hun rechtstreekse onderaannemers. Door deze clausule op te nemen, kunnen (hoofd)aannemers (in principe) niet aansprakelijk gesteld worden voor illegale tewerkstelling bij hun rechtstreekse onderaannemers..

Daar komt nu verandering in.

Het decreet lanceert een ‘zorgvuldigheidstoets’ die (hoofd)aannemers voortaan dienen na te leven.

Uitbreiding toepassingsbied illegale tewerkstelling derdelandsonderdanen

Het decreet voorziet vooreerst in een uitbreiding van het toepassingsgebied van artikel 12/4 van de Buitenlandse arbeidskrachtenwet.

Daar waar artikel 12/4 van de Buitenlandse Arbeidskrachtenwet een aansprakelijkheidsregeling m.b.t. de illegale tewerkstelling van derdelands ‘werknemers’ behelst, zal de aansprakelijkheidsregeling voortaan ook van toepassing zijn op derdelandsonderdanen die een zelfstandige beroepsactiviteit uitoefenen zonder toegelaten of gemachtigd te zijn tot een verblijf (>3 maanden) of vestiging in België.

Minimale zorgvuldigheidsplicht van de aannemer en de intermediaire aannemer

De nieuwe bepalingen in artikel 12/4 van de Buitenlandse arbeidskrachtenwet voorzien in een bijkomende verplichting voor de (hoofd)aannemer om een gepaste zorgvuldigheid aan de dag te leggen wanneer er beroep gedaan wordt op een (onder)aannemer. Dit houdt in dat de (hoofd)aannemer voortaan een aantal gegevens of documenten zal moeten opvragen bij zijn rechtstreekse (onder)aannemer:

  • de identificatie- en contactgegevens van de rechtstreekse (onder)aannemer;
  • de persoonlijke gegevens, de gegevens over de verblijfsrechtelijke situatie en de gegevens over de tewerkstelling van de buitenlandse werknemers en buitenlandse zelfstandigen van de rechtstreekse (onder)aannemer.

De Vlaamse regering bepaalt daarbij de concrete gegevens die de (hoofd)aannemer moet opvragen, alsook de modaliteiten omtrent de opvraging ervan.

Wanneer de rechtstreekse (onder)aannemer verzaakt om deze gegevens voor te leggen, komt het de (hoofd)aannemer toe om zijn (onder)aannemer daarover aan te spreken en om hem te verzoeken deze gegevens alsnog aan te brengen. Indien de rechtstreekse onderaannemer blijft nalaten om deze gegevens te bezorgen, dan wel deze gegevens illegale tewerkstelling aan het licht brengen, dan zal de (hoofd)aannemer voortaan de sociale inspectie daarvan onmiddellijk op de hoogte moeten brengen.

Kortom, de (hoofd)aannemer zal voortaan enkel zijn aansprakelijkheid m.b.t. illegale derdelandsonderdanen (werknemers en/of zelfstandigen) kunnen ontlopen indien:

  • hij in het bezit is van een schriftelijke verklaring waarin de rechtstreekse (onder)aannemer bevestigt dat hij geen illegaal verblijvende onderdanen tewerkstelt en zal tewerkstellen of een zelfstandige beroepsactiviteit uitoefent zonder toegelaten of gemachtigd te zijn tot een verblijf van meer dan drie maanden of vestiging in België;
  • de (hoofd)aannemer - aantoonbaar- betracht om bij de aanstelling van de rechtstreekse (onder)aannemer de gepaste zorgvuldigheid aan de dag te leggen om te voorkomen dat de rechtstreekse (onder)aannemer illegaal verblijvende derdelandsonderdanen tewerkstelt of een illegale zelfstandige beroepsactiviteit uitoefent;
  • binnen deze context minimale gegevens worden opgevraagd m.b.t. de verblijfs- en tewerkstellingssituatie van de derdelands werknemers en/of zelfstandigen van de rechtstreekse (onder)aannemer.

Wij merken op dat (hoofd)aannemers die aan de voormelde voorwaarden voldoen, alsnog zullen bestraft worden wanneer blijkt dat zij op de hoogte waren van de illegale tewerkstelling en/of zelfstandige beroepsactiviteit door hun rechtstreekse (onder)aannemer. Het bewijs van dergelijke kennis kan door de sociaalrechtelijke inspecteurs aangetoond worden met alle mogelijke bewijsmiddelen.

Gegevensbescherming

De Vlaamse regering voorziet ook een GDPR-bepaling: aannemers treden voortaan op als verwerkingsverantwoordelijken in de zin van de Algemene Verordening Gegevensbescherming.

Inwerkingtreding decreet

De wijzigingen die het decreet aanbrengt aan de Buitenlandse arbeidskrachtenwet, treden in werking op een datum die nog door de Vlaamse Regering zal worden bepaald.

Heeft u vragen omtrent de samenwerking met buitenlandse onderaannemers? Aarzel dan niet om contact op te nemen met onze HR- experts, Bram Delbecke, Matthias Dhaene en Yessenia ’t Kint.

DELEN:

Recent nieuws

Reeks vennootschapsconflicten 399 x 314 px

Eerste hulp bij conflicten in een vennootschap

17/04/2024 - Goede afspraken maken goede vrienden, en toch is het mogelijk dat er in een vennootschap wrevel ontstaat. Een (beginnend) conflict betekent evenwel ni...

Lees meer
Sociaal Strafwetboek

Verhoging sanctieniveau 3 en 4 Sociaal Strafwetboek

29/03/2024 - Op 26 maart 2024 heeft de regering een wetsontwerp ingediend tot aanvulling en wijziging van het Sociaal Strafwetboek en verscheidene bepalingen van...

Lees meer